Het is even geleden dat er een relevant arrest met betrekking tot pandrechten op vorderingen is gewezen. Op 1 juli 2022 heeft de Hoge Raad echter weer een mooi arrest gewezen dat we in deze blog zullen bespreken. Leidt een contractuele afspraak, in de vorm van een onoverdraagbaarheidsbeding met goederenrechtelijke werking, altijd tot een verpandingsverbod?
Na mededeling van een pandrecht, kan de debiteur uitsluitend nog bevrijdend betalen aan de pandhouder, zo schrijft art. 3:246 BW voor. Een heldere wettelijke bepaling, zo lijkt het. Maar de praktijk is altijd weerbarstiger dan de theorie. Het komt in de praktijk regelmatig voor dat een debiteur, meestal per ongeluk, tóch nog betaalt aan de […]
De Hoge Raad heeft onlangs een interessante uitspraak gedaan over de rangwijziging en inningsbevoegdheid bij pandrechten. Lange tijd was onduidelijk of verschillende pandhouders op hetzelfde goed onderling kunnen afspreken welk pandrecht de hoogste rang heeft. De discussie over die zogenaamde rangwijziging is met deze uitspraak naar de geschiedenisboeken verwezen. Daarnaast komt de Hoge Raad terug op een eerdere uitspraak over hoe ver de inningsbevoegdheid van de pandhouder gaat.
Uit art. 3:84 lid 2 BW, in verbinding met art. 3:98 BW, volgt de eis dat een pandakte ten tijde van de verpanding de te verpanden goederen in voldoende mate bepaalt. De Hoge Raad heeft vorig jaar beoordeeld of bij het pandrecht van een bank (ING) aan deze bepaaldheidseis was voldaan. Het te verpanden goed waar het om gaat, zijn de auteursrechten op software die door de onderneming CompLions was ontwikkeld. De Hoge Raad past een bestaand criterium toe om de bepaaldheid van de te verpanden goederen te beoordelen.
Verkoop verpande goederen onrechtmatig?
In onze praktijk zien wij regelmatig dat ondernemingen bij een naderend faillissement rare sprongen maken. In deze blog bespreken wij een zaak bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden waarin een onderneming de aan ING verpande goederen heeft verkocht om schuldeisers te kunnen voldoen. Alle schuldeisers behalve de ING.
Dergelijk handelen kan worden aangemerkt als faillissementsfraude. Wij schreven hierover eerder de blog “Faillissementsfraude“.
Een uitspraak van de rechtbank Amsterdam illustreert het belang van de correcte registratie van een pandakte bij de Belastingdienst. Een dergelijke registratie is één van de twee mogelijke manieren die art. 3:239 lid 1 BW biedt voor de vestiging van een stil pandrecht op vorderingen. De andere manier is het opmaken van een pandakte bij de notaris, de zogenaamde “authentieke akte”.
Hoe de registratie in zijn werk gaat, bespraken wij eerder al.
Er is veel te doen over de verkoop van vorderingen door banken. Eerder blogden wij over een uitspraak van de rechtbank Amsterdam over de verkoop van zakelijke vastgoedleningen door een bank (Van Lanschot) aan een derde partij (Promontoria), niet zijnde een bank. In die zaak heeft de rechtbank prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad. Voor onze eerdere blog hierover zie:
“Onoverdraagbare vordering? Cessie krediet door bank”
Inmiddels heeft de Hoge Raad arrest gewezen met het antwoord op de vragen van de rechtbank: de bank mag haar leningen verkopen.
Contact
Ceres Legal B.V.
Postbus 1127
4801 BC BREDA
076 – 513 94 81
info@ceres-legal.nl
Nieuwsbrief
Schrijf u in en blijf op de hoogte van belangrijke ontwikkelingen op het gebied van zekerheden.