De Hoge Raad heeft onlangs een interessante uitspraak gedaan over de rangwijziging en inningsbevoegdheid bij pandrechten. Lange tijd was onduidelijk of verschillende pandhouders op hetzelfde goed onderling kunnen afspreken welk pandrecht de hoogste rang heeft. De discussie over die zogenaamde rangwijziging is met deze uitspraak naar de geschiedenisboeken verwezen. Daarnaast komt de Hoge Raad terug op een eerdere uitspraak over hoe ver de inningsbevoegdheid van de pandhouder gaat.
http://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.png00Alexandra van der Veldehttp://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.pngAlexandra van der Velde2021-06-24 15:42:192021-06-24 15:42:19Rangwijziging en inningsbevoegdheid bij pandrechten
Op basis van art. 29 Fw heeft de faillietverklaring tot gevolg dat alle lopende procedures tegen de failliet worden geschorst. Art. 30 lid 1 Fw maakt hier een uitzondering op. Wanneer de rechter in de procedure alleen nog een beslissing hoeft te geven, geldt art. 29 Fw niet. Recent heeft de Hoge Raad duidelijkheid gegeven over een geval dat niet in deze wetsartikelen is geregeld. Daarin is ná de faillietverklaring hoger beroep ingesteld.
http://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.png00Alexandra van der Veldehttp://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.pngAlexandra van der Velde2021-05-12 14:33:042021-05-12 14:33:04Hoger beroep na faillietverklaring stuit op art. 29 Fw
De bankgarantie is een contractuele vorm van zekerheid. In een standaardsituatie zijn daar drie partijen bij betrokken: de hoofdschuldenaar, de schuldeiser en de bank. De hoofdschuldenaar spreekt met de bank af dat zij onder bepaalde voorwaarden een maximumbedrag aan de schuldeiser betaalt. Als aan de gestelde voorwaarden is voldaan, is de bank ook verplicht om voor die betaling te zorgen. Dit bedrag schrijft de bank vervolgens af van de rekening van de hoofdschuldenaar. Het is dus belangrijk om te letten op de formulering van de voorwaarden waaronder de schuldeiser een bankgarantie kan inroepen. In een recente uitspraak van de Hoge Raad speelt de formulering van deze voorwaarde een belangrijke rol.
http://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.png00Alexandra van der Veldehttp://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.pngAlexandra van der Velde2021-04-12 13:37:522021-05-12 10:43:36De voorwaarden van een bankgarantie: let op de formulering!
Art. 6:127 lid 2 BW bepaalt wanneer de bevoegdheid tot verrekening bestaat. Art. 6:136 BW voorziet in de situatie dat bij de rechter als verweer tegen een vordering een beroep op verrekening met een eigen vordering wordt gedaan. Je hoeft dan geen reconventionele vordering in te stellen en voorkomt hogere proceskosten, maar het heeft ook een keerzijde.
De rechter kan het verrekeningsverweer namelijk negeren als de eigen vordering niet eenvoudig is vast te stellen. De rechter komt dan niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van de bevoegdheid tot verrekening. De Hoge Raad heeft recent geoordeeld over een geval waarin een verrekeningsverweer op deze wijze door de rechter is gepasseerd.
http://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.png00Alexandra van der Veldehttp://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.pngAlexandra van der Velde2021-03-05 09:08:012021-05-12 10:45:35Verrekening als verweer: een handige truc, maar let wel op!
Uit art. 3:84 lid 2 BW, in verbinding met art. 3:98 BW, volgt de eis dat een pandakte ten tijde van de verpanding de te verpanden goederen in voldoende mate bepaalt. De Hoge Raad heeft vorig jaar beoordeeld of bij het pandrecht van een bank (ING) aan deze bepaaldheidseis was voldaan. Het te verpanden goed waar het om gaat, zijn de auteursrechten op software die door de onderneming CompLions was ontwikkeld. De Hoge Raad past een bestaand criterium toe om de bepaaldheid van de te verpanden goederen te beoordelen.
http://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.png00Alexandra van der Veldehttp://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.pngAlexandra van der Velde2021-02-18 13:18:362021-05-12 10:47:32De bepaaldheid van te verpanden goederen
In onze praktijk zien wij regelmatig dat ondernemingen bij een naderend faillissement rare sprongen maken. In deze blog bespreken wij een zaak bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden waarin een onderneming de aan ING verpande goederen heeft verkocht om schuldeisers te kunnen voldoen. Alle schuldeisers behalve de ING.
Dergelijk handelen kan worden aangemerkt als faillissementsfraude. Wij schreven hierover eerder de blog “Faillissementsfraude“.
http://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.png00Alexandra van der Veldehttp://ceres-legal.nl/wp-content/uploads/2017/06/empty-0111.pngAlexandra van der Velde2021-02-01 15:18:182021-11-29 10:00:59Verkoop verpande goederen in zicht van faillissement; bestuurders aansprakelijk
Rangwijziging en inningsbevoegdheid bij pandrechten
Pandrecht, Bevoegdheden pandhouder, Samenloop rechten, OverigeDe Hoge Raad heeft onlangs een interessante uitspraak gedaan over de rangwijziging en inningsbevoegdheid bij pandrechten. Lange tijd was onduidelijk of verschillende pandhouders op hetzelfde goed onderling kunnen afspreken welk pandrecht de hoogste rang heeft. De discussie over die zogenaamde rangwijziging is met deze uitspraak naar de geschiedenisboeken verwezen. Daarnaast komt de Hoge Raad terug op een eerdere uitspraak over hoe ver de inningsbevoegdheid van de pandhouder gaat.
Lees meer
Hoger beroep na faillietverklaring stuit op art. 29 Fw
Pandhouder en faillissement, OverigeOp basis van art. 29 Fw heeft de faillietverklaring tot gevolg dat alle lopende procedures tegen de failliet worden geschorst. Art. 30 lid 1 Fw maakt hier een uitzondering op. Wanneer de rechter in de procedure alleen nog een beslissing hoeft te geven, geldt art. 29 Fw niet. Recent heeft de Hoge Raad duidelijkheid gegeven over een geval dat niet in deze wetsartikelen is geregeld. Daarin is ná de faillietverklaring hoger beroep ingesteld.
Lees meer
De voorwaarden van een bankgarantie: let op de formulering!
Pandhouder en faillissement, Borg/Hoofdelijkheid/Beslag, OverigeDe bankgarantie is een contractuele vorm van zekerheid. In een standaardsituatie zijn daar drie partijen bij betrokken: de hoofdschuldenaar, de schuldeiser en de bank. De hoofdschuldenaar spreekt met de bank af dat zij onder bepaalde voorwaarden een maximumbedrag aan de schuldeiser betaalt. Als aan de gestelde voorwaarden is voldaan, is de bank ook verplicht om voor die betaling te zorgen. Dit bedrag schrijft de bank vervolgens af van de rekening van de hoofdschuldenaar. Het is dus belangrijk om te letten op de formulering van de voorwaarden waaronder de schuldeiser een bankgarantie kan inroepen. In een recente uitspraak van de Hoge Raad speelt de formulering van deze voorwaarde een belangrijke rol.
Lees meer
Verrekening als verweer: een handige truc, maar let wel op!
Verrekening, OverigeArt. 6:127 lid 2 BW bepaalt wanneer de bevoegdheid tot verrekening bestaat. Art. 6:136 BW voorziet in de situatie dat bij de rechter als verweer tegen een vordering een beroep op verrekening met een eigen vordering wordt gedaan. Je hoeft dan geen reconventionele vordering in te stellen en voorkomt hogere proceskosten, maar het heeft ook een keerzijde.
De rechter kan het verrekeningsverweer namelijk negeren als de eigen vordering niet eenvoudig is vast te stellen. De rechter komt dan niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van de bevoegdheid tot verrekening. De Hoge Raad heeft recent geoordeeld over een geval waarin een verrekeningsverweer op deze wijze door de rechter is gepasseerd.
Lees meer
De bepaaldheid van te verpanden goederen
Pandrecht, OverigeUit art. 3:84 lid 2 BW, in verbinding met art. 3:98 BW, volgt de eis dat een pandakte ten tijde van de verpanding de te verpanden goederen in voldoende mate bepaalt. De Hoge Raad heeft vorig jaar beoordeeld of bij het pandrecht van een bank (ING) aan deze bepaaldheidseis was voldaan. Het te verpanden goed waar het om gaat, zijn de auteursrechten op software die door de onderneming CompLions was ontwikkeld. De Hoge Raad past een bestaand criterium toe om de bepaaldheid van de te verpanden goederen te beoordelen.
Lees meer
Verkoop verpande goederen in zicht van faillissement; bestuurders aansprakelijk
Pandrecht, OverigeVerkoop verpande goederen onrechtmatig?
In onze praktijk zien wij regelmatig dat ondernemingen bij een naderend faillissement rare sprongen maken. In deze blog bespreken wij een zaak bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden waarin een onderneming de aan ING verpande goederen heeft verkocht om schuldeisers te kunnen voldoen. Alle schuldeisers behalve de ING.
Dergelijk handelen kan worden aangemerkt als faillissementsfraude. Wij schreven hierover eerder de blog “Faillissementsfraude“.
Lees meer